Zoals sommige van jullie weten heb ik in de jaren ‘80 de in-service opleiding Z-verpleegkunde gedaan op het ‘t Bouwhuis in Enschede. Daar deed ik mijn eerste ervaringen op met mensen met autisme. “Mensen met autisme kennen geen empathie of emoties,” zeiden ze. Ik moest heel duidelijk en zonder emoties met hen omgaan. Dat voelde helemaal niet goed voor me, maar ja, we wisten niet beter.

Heel puur

Nu, vele jaren later en een berg ervaring rijker, weet ik wél beter. Mensen met autisme zijn juist heel empathisch en voelen vaak veel meer dan mensen zonder autisme. Ik zag hoe mijn eigen zoon, zo jong als hij was, anderen troostte. Heel puur. Zonder na te denken hoe het hoort volgens de regels. Of hoe boos hij was als regels veranderd werden door anderen. Ook deze boosheid was heel puur (zoals zijn emoties nu nog steeds zijn).

Wat ik door de jaren heen geleerd heb, is dat mensen met autisme al die emoties wel hebben, maar ze niet goed kunnen benoemen. In mijn praktijk heb ik veel aandacht voor emoties en vraag meestal als eerste ‘hoeveel emoties ken jij?’ als we met dit onderwerp bezig gaan. Je verwacht toch bij een man van boven de 50 dat hij wel een mooi rijtje heeft. Nou, niets bleek minder waar.

Welke emotie is het?

En dat is een grote valkuil voor veel hulpverleners. Regelmatig antwoorden mijn cliënten “ik weet het niet”, als we het over emoties hebben. Waardoor veel mensen (ook hulpverleners) er vanuit dat de ander niet voelt. Nou dat doen ze echt wel. Maar ze kennen de woorden niet die wij ‘gewone’ mensen aan emoties plakken. Als je vrouw vraagt ‘hoe voel je je?’ (wat vrouwen nogal veel doen) welk antwoord geef je dan? Welk woord dekt de lading? Voor mensen zonder autisme is dat al niet altijd makkelijk, hoe is het dan voor iemand mét autisme?

Een tijdje terug was er een jongedame bij me die zei dat ze geen zin had. Mijn eerste gedachte: oh, ze wil geen coaching. Jaren van praktijkervaring hebben mij echter geleerd niet op de eerste gedachte te reageren en dus ga ik vragen stellen. We komen er samen achter dat de emotie ‘geen zin hebben’ voor haar betekent dat ze niet weet hoe ze iets aan moet pakken. En dan krijg je ineens een heel ander verhaal.

Nog een voorbeeld. Een andere cliënt geeft aan ‘ik ben zo boos’. Na mijn nieuwsgierige vragen vertelt ze wat ze voelt, in haar eigen woorden. Zoals zij het beschrijft kom ik op ‘teleurstelling’. Maar hoe reageer je daar nou op, op ‘boos’ of ‘teleurgesteld’? Ik op beide emoties in elk geval anders. En ja, ik zou ook boos worden als ik mensen mijn emoties niet kan uitleggen. En als je de juiste woorden (de woorden die voor mensen zonder autisme vrij vanzelfsprekend zijn) niet weet, is dat knap lastig!

Andere taal

Stel je voor dat je in China bent. Je voelt gewoon hetzelfde, de emoties zijn niet anders, maar je kent de Chinese woorden voor jouw emoties niet. Hoe kun je aan de mensen daar dan duidelijk maken wat je voelt? Bij een andere taal kun je misschien een woordenboek gebruiken, in het geval van mijn cliënten is het niet zo simpel. Gelukkig zijn er wel diverse hulpmiddelen. Zo heb ik een kaartenset waarop alle mogelijke emoties staan afgebeeld. Samen zoeken we de afbeeldingen die passen bij de emoties van mijn cliënt. Op deze manier kan ik voor hun vertalen welke woorden mensen zonder autisme over het algemeen voor deze emotie gebruiken. En zo kunnen zij beter communiceren met hun omgeving wat voor iedereen een positieve uitwerking heeft.

Zit jij ook met je emoties in de knoop? Bel me voor een afspraak (06 41787478) en we bespreken wat we er aan kunnen doen.